Nieuws

Waar ben ik nu weer mee bezig

De 5 beste small talkers volgens beroep

blah-blah-blah-day-764x382

Small talk is een stiel die je moet leren, zo weet ik sinds mijn tijd als barmeid. Voordien zei ik “Ja” en “Neen” en “Och zot”. Na drie jaar zaniken, was mijn repertoire uitgebouwd met pareltjes als “Dat is met dat weer hé”, “In China hebben ze ook bier en dat smaakt potverdikke nog niet slecht” en “Nee, chlamydia is een druiper, hepatitis is dat ene wat Pamela Anderson heeft”.

Barmensen zijn goeie small talkers: ze kennen de streek en iedereen die erin ronddwaalt. En wat die allemaal doen, wanneer ze denken dat niemand kijkt of luistert. Maar het blijft een niche small talk: die van het nachtleven. De allerbeste small talkers, die werkelijk over àlles iets en niets te zeveren hebben, staan hieronder opgelijst van sterk naar sterker. Handig voor als je je eenzaam voelt. Of misschien hou je niet van small talk, in dat geval negeer je best volgende mensen:

5. Taxichauffeurs
Taxichauffeurs zaniken een eind weg als ze eenmaal vertrokken zijn. Ze zetten het slot op, maken een omweg en vertellen je over die keer dat ze een Afrikaanse bruidspartij moesten vervoeren.

Meest gezegde zin: “Ik heb ooit nog Céline Dion vervoerd en die zag mij keihard zitten.”

4. Poetshulpen
Net als een taxichauffeur, is een poetshulp een nogal eenzaam beroep, waarbij je toch alles en iedereen tegenkomt. Geen wonder dat ze af en toe moeten ontladen – interessant als jij dan toevallig in de buurt bent en alles wilde weten over de baby van hun neef.

Meest gezegde zin: “Nooit spaghetti eten als je een witte bloes aanhebt!”

3. Verplegers
Een verpleger kan je niet schokken. Wat jij op dit moment meemaakt is niets voor hen. Het zijn mensen die al alle mogelijke massa’s uit alle mogelijke holtes hebben zien druipen, kruipen en schieten. Als je daar geen gevoel van humor en small talk door krijgt, weet ik het ook niet. Laatst ontmoette ik een verpleger die helemaal niets zei terwijl ze m’n bloed trok en ik dacht dat ik in een parallel universum terechtgekomen was.

Meest gezegde zin: “Wie is er flink? Wie is er flink!” (ik zie vooral kinderverplegers)

2. Apothekers
Ook apothekers kennen geen grenzen van verbaal fatsoen: het lichaam is voor hen slechts een object dat weleens hapert en dan gefikst moet worden. Op alle mogelijke vlakken. Daarbij komt dan nog eens het commerciële aspect en je zit met een halfuur vrolijk gekeuvel over je organen.

Meest gezegde zin: “Hoe is het nog met je constipatie?”

1. Politieagenten
Een small talker van heb ik je daar: de gecombineerde kracht van taxichauffeurs, poetshulpen, verplegers en apothekers, die op de koop toe dagelijks mensen zien die geen zier om de wet geven. Al eens gezeverd met een agent? Doen! Gewoon niet over drugs beginnen, die mannen kunnen daar niet mee lachen.

Meest gezegde zin: “Neen mevrouw, u mag m’n matrak niet eens heel even vasthouden.”

Ter verdediging van kale mannen en hun geile halve kapsels

Jason Statham 3

Op een dag besloot een kalende man om z’n haar helemaal af te scheren. Alles of niets!, dacht ie. En: zo zal iedereen denken dat het mijn eigen keuze was om eruit te zien als een neonazi! En: uiteindelijk zouden alle rassen inderdaad apart moeten leven!

Jack Nicholson

Zo liep hij dan rond, in de winter met een muts en in de zomer met een pet. Tussenseizoenen waren genoeglijk. Andere kalende mannen zagen het en wilden dit ook. Het halve kapsel was toch maar voor snobbige acteurs vanuit de jaren ’80 en ze zouden hun totale gladheid eventueel kunnen compenseren met een baard of een stevig borsttapijt dat tiert uit een te lage mannendécolleté.

Botton 940411 01

Alain de Botton, Schriftsteller, 11.04.94, Frankfurt, © copyright by Anna Meuer

Nu zitten we opgescheept met een hoop mannen die uit de toekomst lijken te komen of van een andere planeet. Terwijl het halve kapsel hen stààt. Net zoals het Zinédine Zidane, Larry David, Alain de Botton, Bernie Sanders, Jack Nicholson of Jason fucking Statham stààt. En mensen geilen op die kerels. Ja, ook op Bernie. Ondertussen geilt niemand op George Lucas.

George Lucas

En die heeft de stevigste coiff ooit op z’n kop. Word wakker, mensen!

Feminist of feministe: wat maakt het eigenlijk uit?
Feminist of feministe: wat maakt het eigenlijk uit?

Waarom een jobtitel geen vrouwelijke versie nodig heeft

Feminists

Feminist of feministe: wat maakt het eigenlijk uit?

In onze rijke en vaak beschamende westerse geschiedenis is er dikwijls gestreden, en dan vooral door de minderheden voor hun rechten, tegen het oude blanke mannelijke establishment (want we leven nu eenmaal in een Disneyfilm). Vreemd genoeg ook door de ‘minderheid’ vrouwen, die, in feite, de meerderheid van de wereldbevolking zijn. Elke periode van hun strijd bracht een uitdaging met zich mee, zoals de uitdaging om dezelfde job te krijgen als mannen: directeur, dokter, advocaat, leraar. Een uitdaging die mannen nooit moesten aangaan want piemel, maar eentje die vrouwen intussen wel hebben waargemaakt.

Jammer genoeg is er iets scheefgelopen in die wissel. Op taalniveau zelfs. Mannen wisten immers niet hoe ze die vreemde werkende mensen nu in hemelsnaam moesten benoemen. Gelukkig vonden ze een oplossing: vrouwen werden lekker geen directeur, dokter, advocaat of leraar, maar wel directrice, dokteres, advocate of lerares.

Vraagje. Is een job, beoefend door een vrouw, de job zelf – of de job plus het vrouw-zijn? Of is het gewoon … de job? Of de vrouwelijke versie van de job? De job plus tieten? De job plus tampons kopen? De job plus geilen op ‘kontjes’? De job plus hoge hakken dragen en er dan over klagen?

Moet je überhaupt weten of de job wordt beoefend door een man of een vrouw? Is dit relevant? Wanneer een persoon de job heeft, wil dat dan niet impliciet (of zelfs expliciet) zeggen dat deze persoon bekwaam is?

Verdomme, doen vrouwen nu dezelfde job of niet?

Ik dacht het toch even wel, ja. Daarom: als vrouwen dezelfde job doen als mannen, moet daar ook dezelfde jobtitel voor bestaan. Want dus we doen dezelfde job.

Nu nog hetzelfde loon.

Een rangschikking van verjaardagswensen op Facebook

Pie

Als je meer dan 365 Facebook friends hebt – en dat heb je want je bent cool – verjaart er elke dag wel minstens eentje (ik ben geen wiskundige). Leuk voor ze. Jij verjaart ook wel eens. Leuk voor je. Tenzij je 39 wordt. Soit. Op zo’n dagen hou je je Facebook extra in de gaten want dan worden er gelukwensen gepost op je timeline door je friends – veelal mensen die je zelden ziet maar wiens kindjes je wel zo uit een politie-lineup zou halen.

De meesten van hen nemen de tijd je iets toe te wensen, want jij neemt ook wel eens de tijd om dat te doen, op een fijngevoelige manier zelfs. Hoewel, als we heel eerlijk zijn: niet alle wensen zijn gelijk geschapen. Ze gaan van lekker sympathiek, tot heftige passief-agressieve “fuck you’s”. Hier een korte schets van tof naar balen:

  1. De dubbele win: niet alleen een proficiat via berichtje of drie kussen in het echt (zoals bijvoorbeeld op een verjaardagsfeestje) of via telefoon, maar ook nog een Facebook postje op je timeline dat verwijst naar die eerdere proficiat: “Nogmaals gelukkige verjaardag hé! Vet feestje jong!”. Deze persoon is ofwel helemaal tuk op jou of wil enkel die indruk geven aan iedereen, omdat jij beroemd bent of zo.
  2. Het oorsprongsverhaal: een compleet gepersonaliseerde post waar de schrijver twee uur aan werkte, met het verhaal van hoe jullie twee elkaar hebben leren kennen. Deze persoon heeft niet veel contact meer met je en vindt dat spijtig.
  3. De liefdeswaterval: een overdaad aan hartjes, uitroeptekens, emoticons, x’en en complimenten in het (Belgische) Engels van het type “The most beautiful person I can ever know and my best friend now and also forever!!”. Meestal zijn het jonge mensen die zoiets posten en ze krijgen graag zo’n postje terug.
  4. De gekke video: een viral video of een videoclip, die iets betekent voor jullie beiden en waarmee jullie vriendschap wordt gevalideerd. Wij mogen allemaal meelachen.
  5. De spitsvondige e-card: een prent met een simpele tekening en een grappige oneliner die loeihard betrekking heeft tot jou. Zelf hoeft je friend dus niet creatief te wezen, maar het is wel lang zoeken tussen flink wat creatieve e-cards. Voor jou!
  6. Een foto van een taart, puppy’s of ballonnen met het opschrift “Gelukkige verjaardag!” in comic sans: oude mensen posten dit met de beste bedoelingen want ze zien je graag.
  7. De creatieve duizendpoot verblijdt ons met zijn kunde: dit is niet zomaar een gelukwens. Dit is anders, specialer, origineler! Iets als “Hipperdepipperdepip!” of “HOER! A!” of “Ben jij nou weeral jarig zeg!” is kort, krachtig en tovert een glimlach op iedereens gezicht. Je bent blijkbaar speciaal en dat is belangrijk.
  8. De dag nadien: dit is een doorbakken verjaardagswens, verpakt in een knapperige sorry. Overgoten met een dikke saus van opvallen, want ja: op deze dag wordt niets meer gepost, buiten door die ene friend! Njam njam njam.
  9. De welgemeende proficiat: een simpele gelukwens. “Gelukkige verjaardag!”of “Proficiat!”. Meer moet dat soms niet zijn. Zelfs al zie je die persoon nooit meer. Mooi. Mooi mooi mooi.
  10. De onwens: passief-agressieve wens die helemaal niet gewenst is. Er staat namelijk geen uitroepteken noch hoofdletter noch emoticon hetgeen een schande is: “gelukkige verjaardag” of “happy birthday”. Hiermee wil de schrijver impliciet zeggen dat ie eigenlijk geen tijd had, maar toch nog raprap iets wilde posten. Maar hoeveel meer moeite of tijd kost een uitroepteken eigenlijk? Minder dan erover nadenken om er geen te zetten, da’s hoeveel!
  11. De hardere onwens: deze is helemaal problematisch. Het is een afkorting van bovenvermelde ‘gelukkige verjaardag’ of ‘happy birthday’ en daarenboven zonder punten. Zonder. Punten. “hb” of “gv”. Unfrienden die handel.
  12. Verdomme geen proficiat: ondanks het feit dat Facebook nu elke dag een melding stuurt namens alle jarigen, is er gekozen om daar niet op in te gaan. Deze persoon heeft allicht wat beters te doen dan op Facebook te zitten. Schaamteloos.

Nu nog alles liken en je verjaardag zit erop!

 

 

8 uitdrukkingen die mogen worden geschrapt in 2016

Stop het

Sinds de uitvinding van de taal, zeveren we een eind weg. Deden holbewoners dat ook? In ieder geval, er bestaan flink wat geliefde uitdrukkingen waarop we steeds terugvallen bij dat zeveren. Die waren ooit nieuw, uitgevonden door een of andere dappere taalvirtuoos, maar worden nu platgebruikt. Volgende uitdrukkingen betekenen ondertussen niets meer en zouden in 2016 geschrapt moeten worden:

  1. “Met alle respect”
    Als je dit erbij moet zeggen, zal er niet veel respect aan te pas komen. En even een boodschap van algemeen nut: eerst “met alle respect” zeggen, geeft je geen vrijkaart om de klootzak uit te hangen.
  2. “Sorry”
    Wat oorspronkelijk een zalvend (ja, zalvend) woord was, is nu een tussenwerpsel geworden. We zeggen het constant: om ons te verontschuldigen voor onze mening, omdat we met onze dikke poep je stoel passeren of omdat we iets stoms niet willen doen. Het spijt ons niet en we moeten stoppen met te doen alsof.
  3. “Gigantisch veel”
    Gewoon veel is ook al goed. “Veel” is veel. Dat woordje hoeft geen gradaties. “Gigantisch veel”? Is volgens mij hetzelfde als “veel”. Veel dus. Zeg liever “flink wat” of “bakken” of “hopen”. Of nog liever, zeg gewoon helemaal niets.
  4. “Ik ben een beetje autistisch”
    Oh god, de ergste van allemaal. Neen, je bent niet een beetje autistisch. Je bent ook niet een beetje schizofreen of een beetje bipolair. Je bent vooral niet je eigen psychiater, dus stop met je naar aandacht hunkerende zelfdiagnose.
  5. “Leuk tot zeer leuk”
    Waarom praten sommige mensen alsof ze een filmreview schrijven? Doe normaal. En is het niet wat makkelijk om iets met een grijze zone te bestempelen, in plaats van, zeg maar, het juiste woord te vinden? Zoals daar is “verrukkelijk”, een formidabel woord dat niet genoeg appreciatie krijgt.
  6. “… is geen kunst!”
    Bijvoorbeeld graffiti, Cirque du Soleil of popmuziek. Waarom doen we alsof kunst iets is dat te magnifiek is voor het ‘gewone’ publiek? Jezus. Het is gewoon iets wat mensen maken om zichzelf uit te drukken, geen kernfysica. Get over yourself.
  7. “Ik ben slim genoeg om te beseffen dat ik dom ben”
    Het kan niemand wat schelen hoe je je eigen intelligentie inschat.
  8. “Dan heb ik zoiets van”
    Dit zeggen mensen voordat ze hun mening geven. Maar we weten toch al dat ze hun mening gaan zeggen? We luisteren toch al? De zin klopt niet eens. Wàt precies heb je dan zoiets? Van waar heb je het? Hoe heb je het? Wanneer kreeg je het? En vooral: waarom?

Gelukkig nieuwjaar, iedereen!