Afgelopen dinsdag verscheen ik in ‘Iedereen Beroemd’ op Eén, met een brief gericht aan Iris, die vervolgens ook verscheen!
De volledige aflevering kan je hier bekijken, ons stukje hieronder en de complete tekst daar nog eens onder:
Beste Iris,
We kennen mekaar nu 25 jaar. Mijn god, wat zijn we oud.
Ik kan terugkijken op fijne herinneringen met jou, momenten waar ik bij kan stilstaan en denken: wauw, super. Dan zijn er andere momenten waar ik me vragen bij stel. Vragen over mijn eigen toewijding aan deze vriendschap.
Zo kwam er onlangs een specifiek moment terug. Ik stond in een snoepwinkel en mijn oog viel op een piñata. Groen, blauw, wit, geel, oranje en heel wat roze: een kakofonie van kleuren! Meteen werd ik terug gekatapulteerd naar die ene namiddag in Brussel, 16 jaar geleden. Naar dat ene moment, waarover ik mij nog steeds niet helemaal oké voel.
Misschien ben jij het ondertussen vergeten, maar het laat mij niet los. In deze semi-lockdown heeft een mens al eens tijd om na te denken. Er moet me dusdanig iets van het hart.
We gingen toen samen shoppen in de Nieuwstraat. Weet je dat nog? We belandden in de Mango, een van onze lievelingswinkels toen! We haalden een hoop kleren van de rekken en trokken naar de paskamers. Na enkele minuten ritsten we de gordijntjes open! Ik zag jou en jij zag mij.
In een waas zag ik jouw hoopvolle gezicht wel, maar het was je onderlijf dat meteen mijn aandacht trok. Toen ik je zag in die pluizige regenboogtutu heb ik onmiddellijk heel erg luid gelachen. Het winkelpersoneel hoorde het. De andere shoppers hoorden het. Mensen kwamen kijken. Je was een kermisattractie.
Hoe voelde jij je toen? Jij vond die rok wél formidabel, dat was duidelijk. Ook al zag je eruit als een gigantische snoeptaart. Je ritste de gordijntjes snel weer dicht maar hoorde mijn lach waarschijnlijk nog klaar en helder. Ik kon dan ook niet meer stoppen.
En dat spijt me zo. En ik had niet mogen zeggen dat je een gek toertje was de hele busrit terug naar huis. Het spijt me ook, dat ik jou ook in de weken erna bleef uitlachen. In gezelschap. Je onderging het stoïcijns maar toch voelt het nu alsof er toen iets in je brak.
Ik ben ouder geworden, en wijzer. Ik weet nu dat ik fout was. Ik heb tegenwoordig een dochtertje dat mij elke dag opnieuw uitlacht wanneer ik me goed voel. Maakt dat je blij?
Laat ons snel nog eens gaan shoppen, als het weer mag. Wie weet vinden we een stel suikerdotjes om samen in te paraderen!
Dikke knuffel,
Hanne