Vriendelijk zijn is een reeks van gekende afspraken. Als iemand “ca va?” zegt, zeg je “ca va” terug. Zegt iemand “nee”, dan zeg jij “okee niet dan!“. En als iemand vraagt of er ook deca is, dan zeg je dat dat geen echte koffie is en er geen plaats is in je huis voor fakers. Dat is niet moeilijk.
Sommige mensen spelen het spel echter niet mee! Ik heb het niet over psychopaten, maar over mensen die geen benul hebben van sociale voorzetjes. Sta je daar met je afspraken. Dit zijn de mensen die maar druk blijven zichzelf te zijn ten koste van jou – en ze moeten worden gestopt:
- De doorvragers
Mensen delen in principe wat ze willen delen. Ik deel bijvoorbeeld nogal wat. Delers zijn graag geziene gasten op allerhande gelegenheden. Informatie delen is je eigen keuze, is hier mijn punt. Wanneer iemand in een gesprek dus stopt met spreken of niet meer antwoordt, heeft het geen zin om door te vragen. Vooral als die persoon begint te stotteren, z’n nek openkrabt of zwetend naar de grond kijkt. Sociale voorzetjes.
“Maar wanneer gaan jullie dan aan kinderen beginnen?” – “BLIJF MET JE SNUIT UIT MIJN EIERSTOKKEN” - De rondhangers
In mijn (okee, ons) huis is iedereen welkom. Maar zoals ik al eerder aanhaalde, staat op alles een einddatum. Tenzij dus is afgesproken dat je blijft slapen, zal je moeten vertrekken. Dat gebeurt als het moet na een sociale voorzet. Zoals een “ahum” of lang gestaar. Als het écht moet dan wordt dat een “ERUIT”. - De persoonlijke ruimte-vreters:
Bepaalde plekken op mijn lijf zijn ondanks hun niet-genitale ligging tòch onaanraakbaar. Schouders, voeten, ribben, vingertoppen en de 20 cm lucht rondom mijn hoofd. Daar blijf je best van weg, zeker met je eigen hoofd. Sommige mensen vinden zichzelf echter excentriek genoeg om het er toch op te wagen. Sommige mensen riskeren een elleboog in hun middenrif. - De aandringers
Ik ben 33 nu en één van de belangrijkste dingen die ik heb geleerd in mijn leven, is perfect kunnen inschatten wat ik tof vind. Goed, hé? Wanneer iemand me dus iets voorstelt, kan ik meteen een doordacht antwoord formuleren. Dat is een “ja” of “nee”, als ik me bijzonder zelfzeker voel. Indien niet, zal dat een sociale voorzet in de vorm van een vriendelijke nee zijn, zoals “Hmmm beter niet” of “Goh daar moet ik toch over nadenken”. Aandringers ruiken m’n twijfel en beginnen hun ding te doen: aandringen. Zelfs als ik niet twijfelde. “Kom af!”, “Neem een koffie!”, “Ga vanavond mee!” – “NEE NEE IK WIL NIKS VAN DAT LEUKS” - De snap-je mensen (SPOILER: JE SNAPT HET NIET)
Mopjes onder ons zijn allemaal goed en wel, maar die moeten van twee kanten komen (en grappig zijn). En ik ben het eerlijk gezegd moe om te lachen met ‘inside jokes’ die me worden opgedrongen en totaal geen steek houden. Aangemoedigd door mijn apathische blik, gaan de snap-je mensen nog verder: “Gelijk een dozijn doofstomme panda’s met honderd kilo bamboe hè hè hè?” -“KIJK IK KAN NIET MEEGAAN IN JE STOMME MOP”
Ben ik hiermee al mijn vrienden en kennissen kwijt? Ontdek het binnenkort, in een tweede artikel genaamd ‘Zal er iemand op mijn begrafenis komen opdagen?‘. Tot schrijfs!
Simon De Koster
aanraking hand => schouder is echt okee
aanraking hoofd => voeten is inderdaad echt niet okee
orsidee
Ja … ja … en men maakt zich zeer ongeliefd daarmee, maar ook mij kan het geen zier schelen en ik weet ook precies wat ik wel of niet wil en het wordt er niet beter op met ouder worden … hihihi …