De wereld staat niet stil. Dat doen enkel oude blanke mannen. Zij staan. Voor iets, bijvoorbeeld het credo dat welbepaalde Europeanen niet deugen. Of naast iets, bijvoorbeeld een bouwwerf. Om in de gaten te houden of die dekselse Europeanen geen bakstenen pikken.
Soms staan ze aan de kant van de weg, liefst niet aan een zebrapad. Dan turen ze in auto’s die voorbij rijden. Tuur niet terug! Dat vinden ze niet fijn. Hou ook nooit halt om hen te laten oversteken, anders vragen ze of je zwakzinnig bent, of zot of wa. Ze tikken dan guitig met hun wijsvinger tegen hun slaap. 1-0 voor de bejaarden.
Ze helpen je wel graag parkeren. Maar wáág het niet hen te bedanken. Dit is wat ze doen.
Meestal kijken ze kwaad en intens, net als hun held Clint Eastwood. Die kan pas een stevig potje kwaad kijken. En ze kijken zelfs kwaad wanneer ze het niet zijn. Zoals wanneer ze hun groenten wegen in de Delhaize of een restaurant vinden dat om 17u een goedkoop avondmaal serveert.
Blanke oude mannen zijn de broze ruggengraat van België. En er is zelfs hoop op meer. Laatst reed ik rond in Brussel en zag ik een oude man staan, op het eerste zicht van Noord-Afrikaanse afkomst. Hij keek me kwaad aan en weigerde over te steken ondanks mijn drukke gebaren. Een gevoel van opluchting overviel me: dan zeggen ze dat inburgering een lachertje is. Voor oude mannen is niets een lachertje. Buiten jouw postuur. Hippie.